Daniel Bacquelaine (MR), minister voor Pensioenen © Belga

Bruggepensioneerden en werklozen twee maal geviseerd voor pensioenberekening

Een nieuwe pensioenmaatregel zorgt ervoor dat alle effectief gewerkte periodes zullen meetellen. Bruggepensioneerden en (langdurig) werklozen zijn de dupe.

Eén van de nieuwe pensioenmaatregelen van de regering is dat voortaan alle gewerkte jaren zullen meegerekend worden en de teller niet stopt op 45 loopbaanjaren.

Het persbericht op de website van minister van Pensioenen Bacquelaine over deze maatregel eindigt als volgt:

“Ons pensioensysteem moet het verderzetten van een beroepsactiviteit aanmoedigen maar ook beter het gepresteerde werk belonen. Voortaan zullen alle effectieve arbeidsdagen in aanmerking worden genomen in de pensioenberekening. De pensioenrechten met betrekking tot de periodes van werkloosheid en brugpensioen zullen over het algemeen lager zijn dan de pensioenrechten met betrekking tot effectieve arbeidsperiodes.”

Deze regering wil met andere woorden effectief gewerkte periodes belonen. Wie langer werkt moet dat voelen. Daar staat tegenover dat wie niet gewerkt heeft dat ook moet voelen... Het persbericht herinnert aan een bericht dat in het voorjaar voor heel wat opschudding zorgde. “Iedereen herinnert zich nog aan het geval van de twee vriendinnen die binnenkort met pensioen gaan: Virginie, zelfstandige die heel haar leven heeft gewerkt, merkt op dat ze een lager pensioen zal krijgen dan haar vriendin Caroline die gedurende vele jaren werkloos is geweest. In de toekomst zal diegene die effectief werkt meer pensioenrechten opbouwen dan diegene die werkloos is of met brugpensioen.”

Enerzijds is dat niet onlogisch. Anderzijds is er ook de economische realiteit die ervoor zorgt dat veel mensen die hun werk kwijtspelen op pakweg 55 jaar vaak ongewild niet terug aan de slag raken. Deze mensen zullen een lager pensioen krijgen en worden dus gestraft. Als zij al vroeg aan het werk waren, worden ze zelfs twee keer geraakt.

  • Om te beginnen zal het pensioen van bruggepensioneerden en langdurig werklozen op een minder gunstige manier worden berekend: de niet gewerkte periodes zullen niet meer meegeteld worden aan het laatste (geplafonneerde) effectieve loon, maar aan het minimum jaarrecht, dat veel lager ligt. Dat was al zo voor de derde periode werkloosheid, maar zal nu ook toegepast worden voor de tweede periode, die begint na één jaar werkloosheid en maximaal 36 maanden duurt. Dit voor de pensioenen die ingaan vanaf 1 januari 2019.
  • Gewerkte periodes na 45 loopbaanjaren zullen in de toekomst meer pensioen opleveren. Maar eenmaal je 45 loopbaanjaren hebt, zal er vanaf dan enkel rekening gehouden worden met de gewerkte dagen. Periodes werkloosheid en brugpensioen die zich na een volledige loopbaan van 45 jaar bevinden, zullen niet meer meetellen voor de pensioenberekening. Daardoor kunnen deze mensen niet meer genieten van het ‘compensatiemechanisme’ dat ervoor zorgde dat de 45 ‘beste’ jaren (die met het hoogste inkomen) werden meegerekend. Voor wie op het einde van zijn loopbaan met brugpensioen is of langere tijd werkloos, zullen dan de beginjaren van de loopbaan meetellen, die vaak minder gunstig zijn dan periodes van brugpensioen of werkloosheid op het einde.

Partner Content