© FREDERIC RAVENS

Brussel blijft verbazen

Romantische pleinen, rustige wijken, verwilderde natuur... Wie de betreden paden en het centrum links laat liggen, kan als wandelaar in Brussel verrassende ontdekkingen doen. We nemen je mee naar drie gemeenten in het noordoosten van de stad, die toeristen vaak overslaan.

Brussel blijft verbazen
© FREDERIC RAVENS

Toegegeven, voor niet-Brusselaars reikt de hoofdstad vaak niet verder dan de historische binnenstad (de Vijfhoek) en een reeks vooroordelen over de aangrenzende gemeenten. Soms zijn die clichés positief – denk maar aan Ukkel of Elsene – maar vaak ook niet. Weinig wandelaars denken eraan op eigen initiatief rond te struinen in Jette, Sint-Agatha-Berchem, Sint-Joost-ten-Noode of Evere. Doodjammer, want deze gemeenten zijn bezaaid met charmante plekjes, oude huizen, en oases van groen en rust te midden het stadslawaai. Deze verborgen parels kan je nu ontdekken via wandelroutes uitgestippeld door Leefmilieu Brussel en de vereniging Grote Routepaden.

Brussel blijft verbazen
© FREDERIC RAVENS

Op zoek naar dit onbekende stukje Brussel, heb ik afgesproken met leden van de GR-vereniging en met Nicolas Carlier, een historicus die verslingerd is aan de hoofdstad. We ontmoeten elkaar ergens tussen het Ambiorix- en het Maria-Louisaplantsoen. We bevinden ons in het hart van de Europese wijk – maar nog steeds op het grondgebied van Brussel Stad – op enkele stappen van het Jubelpark, dat via deze aaneenschakeling van plantsoenen een natuurlijke uitloper kreeg. “Historisch gezien bevinden we ons hier op het grondgebied van Sint-Joost-ten-Node”, legt Nicolas Carlier uit. “Maar in de tweede helft van de 19de eeuw heeft de stad Brussel grond gekocht van de aangrenzende gemeenten om (zeer) rijke Brusselaars de kans te bieden chique woningen te bouwen in nieuwe, groene wijken met schone lucht, buiten het stadscentrum. Dat verklaart meteen waarom Sint-Joost nu zo’n kleine gemeente is, de kleinste van het gewest: het grootste deel van haar grondgebied werd haar afgesnoept.” Hoewel de wijk van de squares ook torenflats telt, vind je hier nog tal van riante, ja zelfs pronkerige herenhuizen. Zoals het extravagante Huis Saint-Cyr, een art-nouveauparel met frêle smeedijzeren balkons. Of nog, het Huis Van Eetvelde, in 1895 door architect Victor Horta ontworpen voor de secretaris-generaal van Congo-Vrijstaat, dat toen nog privébezit van Leopold II was.

Stukje Engeland

Brussel blijft verbazen
© FREDERIC RAVENS

De architectuurliefhebbers die naar deze beroemde woningen komen kijken, zakken daarna meestal terug af naar het stadscentrum of gaan richting Jubelpark. Wij niet, wij gaan noordwaarts naar Sint-Joost-ten-Node. Nicolas Carlier: “Vandaag is dit de dichtstbevolkte én armste gemeente van Brussel, met een groot percentage inwoners met een migratie-achtergrond, maar dat is niet altijd zo geweest. Je vindt hier nog altijd wijken met een hoog bourgeoisiegehalte, die iets later werden gebouwd dan de wijk rond het Ambiorixplantsoen.” In tegenstelling tot wat je zou verwachten bots je bijna overal in Sint-Joost op merkwaardige gevels met glas-in-loodramen, geverniste bakstenen en ronde erkers. Eén van die lanen doet met haar voortuintjes zelfs een beetje aan de Engelse buitenwijken denken. “Een huis dat meteen op de straat uitgaf, werd als veel te gewoontjes afgedaan”, horen we van de historicus. De Armand Steurssquare ligt wat verloren tussen hoge gebouwen, maar biedt met zijn fonteinen een welkome groene oase en doet de eerder kwalijke reputatie van Sint-Joost meteen vergeten. “Door de nabijheid van de Europese wijk gaat het met de gemeente de goeie kant uit. Je vindt hier nu uitstekende en drukbezochte restaurants, die je 10 tot 15 jaar geleden niet voor mogelijk had gehouden.”

Brussel blijft verbazen
© FREDERIC RAVENS

Op enkele minuten zijn we door Sint-Joost – de gemeente is nauwelijks een vierkante kilometer groot – en staan we al in buurgemeente Schaarbeek. Meteen ook een ander decor: de lange Paul Deschanellaan telt tal van gebouwen uit de periode tussen de twee wereldoorlogen. Over het midden van de laan loopt een breed plantsoen met bloemenborders. “De aanleg ervan is vrij nieuw en toont de wil van Leefmilieu Brussel om zo veel mogelijk groene ruimtes in de stad te creëren of te herwaarderen”, zegt Henri Corne. En daar is deze initiatiefnemer van de Brusselse GR-wandelroutes maar wat blij mee. “Voor wandelaars is het een goede zaak, want het is veel leuker om tussen het groen te wandelen dan over een simpel voetpad!” In de Eisenhowerlaan vlakbij duiken weer voortuintjes op. Samen met de lentebloesems op de bomen zorgen ze voor een explosie van kleuren. Nicolas Carlier: “Ook vandaag is dit nog altijd een hechte wijk en dat ontkracht een beetje de clichés over Schaarbeek. Qua architectuur is het een eclectische wijk, die ontstond vanaf het einde van de 19de eeuw rond de grote groene long die het Josaphatpark is.”

Barmhartige liefdesbron

Brussel blijft verbazen
© FREDERIC RAVENS

Als verrassing kan dat Josaphatpark tellen: nog niet zo lang geleden had het een kwalijke reputatie, maar vandaag lijkt het op een stuk boerenbuiten dat in de hoofdstad werd gedropt. Het vier hectare grote park ligt in een oud dal van de Maalbeek. Ezels grazen hier in een minidierentuin in de buurt van romantische standbeelden en een kunstmatige waterval. Tussen de vijvers loopt een beekje dat deels gevoed wordt door een bron die in het park opborrelt (midden in de stad!). Een legende vertelt dat deze liefdesbron vroeger de tranen van afgewezen verliefden opving.

We lopen het park uit richting Evere. Deze gemeente trad als laatste toe tot het Brussels Gewest en blijft wellicht de minst bekende. Ze heeft ook het langst haar Vlaamse karakter behouden. In een straatje naast een school lopen we langs een indrukwekkende tuin, die er zichtbaar verwaarloosd bij ligt. “Deze tuin maakte ooit deel uit van het 18de-eeuwse Kasteel Walckiers dat intussen verdwenen is”, vertelt de historicus. “Destijds beschreef de Prins de Ligne de Walckierstuin als één van de mooiste van Europa. Misschien slaat het op deze plek, al is dat niet zeker, want de huidige locatie beantwoordt niet exact aan die beschrijving.”

Ongetemd Brussel

We zetten onze weg verder en komen voorbij een aantal volkstuintjes langs de spoorweg en zichtbaar vanop de trein. De vlakbij gelegen treinsporen leiden naar het indrukwekkende rangeerstation van Schaarbeek. De omgeving van spoorlijnen is vaak nogal saai, maar hier belanden we zowaar in een natuurreservaat! We zijn in het Moeraske, een oude vallei die in de jaren ’80 volledig werd omgewoeld toen er tonnen aarde werden aangevoerd voor de aanleg van een verlenging van de E19. Het project werd uiteindelijk afgevoerd, waarna de natuur op anarchistische wijze het terrein heroverde. Het resultaat is een landschap dat je in hoofdstedelijk gebied absoluut niet verwacht. Een glooiend landschap vol bomen vult de ruimte tussen een vijver en een moeras met rietkragen – een welkom toevluchtsoord voor watersalamanders, vleermuizen en kikkers. Het groen reikt tot aan de horizon, her en der doorbroken door een kerktoren. Brussel blijft verbazen.

Praktisch

Brussel blijft verbazen
© FREDERIC RAVENS

  • Leefmilieu Brussel heeft de Groene Wandeling uitgewerkt, zeven bewegwijzerde wandeltrajecten (5 tot 12 km) door allerlei landschapstypes. Download de gratis gids met wandelbeschrijving via www.leefmilieu.brussels , of vraag hem aan via 02 775 75 75.
  • De topogids Randonnées en boucles à Bruxelles et dans sa périphérie (€ 17,80, enkel in het Frans) beschrijft 12 wandeltochten in het Brussels Gewest (10 tot 20 km) die allemaal beginnen of eindigen bij een halte van het openbaar vervoer. Ze combineren bestaande GR-routes met niet-bewegwijzerde stukken. Verkrijgbaar via www.groteroutepaden.be

Partner Content