Kamerplanten in wintermodus
Minder zonlicht, centrale verwarming... In de herfst en de winter krijgen planten het zwaar te verduren in huis. Met deze tips hou je mooie kamerplanten in topvorm.
De meeste kamerplanten thuis zijn afkomstig van tropische of subtropische gebieden, waar ze vaak zo groot worden als bomen. In de tropen is het lekker warm én vochtig, en krijgen deze planten het hele jaar door 12 tot 16 uur zonlicht per dag. Bij ons worden ze eigenlijk een beetje mishandeld: in de zomer kunnen ze volop genieten van lange, zonnige dagen, dat wel, maar in de herfst en de winter moeten ze het met veel minder zonlicht stellen. In het najaar hebben ze dus aangepaste verzorging nodig om te vermijden dat ze beginnen te treuren.
Dichter bij het raam
In de zomer zet je je planten beter niet te dicht bij een raam want dat werkt als een vergrootglas: het zonlicht dat dan naar binnen schijnt kan de bladeren van je plant verbranden. Maar laat je ze in de herfst en de winter op die schaduwplek staan, dan kwijnen ze weg en raken ze vervormd omdat ze zich kost wat kost naar een lichtbron willen richten. Zet ze dus zeker weer dichter bij het raam. De zonnestralen zijn dan niet meer schadelijk en je planten krijgen het licht dat ze verdienen. Zet ze evenwel niet rechtstreeks op een koude tegelvloer om een thermische schok te voorkomen.
Tip
Kamerplanten met bloemen of bontgekleurde bladeren zijn nog gevoeliger voor een tekort aan licht: zij kunnen hun knoppen of kleur verliezen. Zorg er dus voor dat deze planten zeker voldoende licht krijgen.
Verder van de radiator
Geen groter vijand voor je kamerplanten dan de centrale verwarming. De lucht in huis wordt warm en droog, wat schadelijk is voor de bladeren en veel parasieten aantrekt, zoals rode spinnetjes. Plaats je kamerplanten dus ver van radiatoren.
Tip
Plaats de pot met je plant in een schaal met klei- of grindkorrels en hou die vochtig met wat water: alleen zo bekom je een voldoende hoge vochtigheidsgraad.
Verstuif regelmatig wat lauw water op de bladeren van je kamerplanten. En stof ze af met een vochtige doek, zodat de bladeren kunnen ademen.
Minder water en meststof
Wanneer planten weinig licht krijgen, gaan ze minder sterk of zelfs helemaal niet groeien. Ze schakelen over op rustmodus. Geef je kamerplanten in de winter dus minder vaak water – maximum één tot twee keer per maand – en al helemaal geen meststof.
Tip
Om de rustperiode te respecteren, is het zelfs aangeraden om groene planten naar een frissere kamer te verhuizen waar de temperatuur rond de 15°C is. Dat is geen absolute noodzaak maar wel goed voor de planten om te herstellen. Maar plaats ze niet in een te koude veranda of een garage met veel te weinig licht.
Winterzeil
Het is soms verleidelijk om sommige zogenaamde kamerplanten op je terras te zetten of in volle grond in een bloembed onder te brengen. Sommige planten, zoals de waaierpalm Livistona, verdragen vrij lage temperaturen, tot 5°C, en kunnen de hele winter buiten blijven op voorwaarde dat je ze beschermt.
In volle grond kies je best voor een zongericht bloembed, tegen het huis aan. Maar dan nog moet je de bladeren in een winterzeil wikkelen. Elke laag houdt je plant 2 tot 3°C warmer: breng dus gerust twee zeilen boven elkaar aan.
In een pot moet je de plant helemaal beschermen: de bladeren inpakken in een winterzeil, de potgrond bedekken met een laag stro, de pot zelf inpakken in bubbeltjesplastic en een stuk piepschuim of polystyreen van 2-3 cm dik aanbrengen tussen de bodem van de pot en de grond, tegen de vrieskou.